Be More vrijwilligers
Ik loop enorm achter met mijn updates deze is van september 2010…
Sinds vorig jaar juni is de Nederlandse organisatie Be More hier gestationeerd. Ze werken hier samen met 7 projecten, opgezet door Oegandezen, waar ze vrijwilligers heen sturen. Toen ze op zoek waren naar projecten heb ik hun een beetje geholpen en zo is ook het ziekenhuis, waar ik Frank en Saige vandaan heb, nu een Be More project en het loopt hartstikke goed. De dokter vind het helemaal leuk en ook de vrijwilligers zijn enthousiast. Ik ook, want elke maand zijn er nieuwe vrijwilligers waar ik soms hartstikke leuk contact mee heb en die ook regelmatig in de weekenden langskomen om een lauw biertje op de heuvel te drinken. Mijn sociale leven is er enorm op vooruit gegaan en dat geeft nieuwe energie. Het is toch erg fijn dat je even met “westerse mensen” kan kletsen. Ze begrijpen waar je het over hebt en zijn op emotioneel gebied ook meer betrokken. Dat mis ik erg bij de Oegandesen. Je kan het ze niet kwalijk nemen, het leven hier is hard en je kan niet om ieder wissewasje gaan zitten brullen (want dan kan je de hele dag wel zitten brullen). Huilen doe je op een begrafenis en voor de rest hou je je sterk.
Ik was pas nog op een begrafenis van een neefje van Rosah. Anderhalf jaar en eigenlijk door een vage ziekte overleden. Omdat de medische zorg hier nog steeds beneden peil is (ik wil hier nooit erg ziek worden) gaan de mensen hier dood aan ziektes die bij ons zo makkelijk te bestrijden zijn, dat is erg triest.
Maar goed, alle begrafenissen zijn om 2 of om 4 uur, inclusief eten. Als er iemand dood is dat passeert er een brommertje door verschillende dorpen en via de megafoon wordt bekendgemaakt wie er dood is en hoe laat de begrafenis begint. Bij moslims wordt de dode nog dezelfde dag begraven, bij de rest vaak een dag later. Als de dode per auto wordt vervoerd dan rijdt de auto voor vertrek eerst over een ei zodat ze onderweg niets zal overkomen. Ik zie regelmatig fietsen voorbijkomen waar het lijk achterop is vastgebonden (gesteund door langwerpge stokken ligt het lijk achterop) de mensen hebben dan geen tot weinig geld om de overledene met een auto of een brommer naar zijn/haar laatste rustplaats te brengen. Kinderen en mensen met weinig geld worden over het algemeen in boomschors gewikkeld en zo begraven, de wat rijkeren in een kist die op elke hoek van de straat te koop zijn.
Mannen en vrouwen zitten apart, dus er is niet een echtgenoot in de buurt die even een stevige arm om je heen slaat (als vrouw zijnde) en waar je je verdriet bij kwijt kan. Het lichaam ligt in het huis opgebaard. Ik was te laat dus snel even het huis binnengegaan. Het kind was al verpakt maar werd weer uitgepakt want we moesten het wel even zien. Daarna direct met z’n allen naar het graf en binnen 5 minuten is het gedaan, ongelooflijk, nou en dan eten tussen de bananenbomen en luisteren naar de meneer die het briefje voorleest met alle mensen die gedoneerd hebben voor de begrafenis want dat doet iedereen (dus het is een lange lijst) hoe klein de bijdrage ook is.
Aangezien er heel veel mensen hier dood gaan en er geen rouwtherapie of andere opvangmogelijkheden zijn gaat het leven van alle dag weer snel door. Geen vrij van werk want de volgende dag moet er weer eten op de tafel staan. Een hard leven en eigenlijk niets bij vergeleken het leven wat ik hier mag leven, al is het voor velen westerse mensen al heel basic en indrukwekkend.
Even terugkomen op Be More. Over het algemeen hebben ze community projecten. Ze proberen een brug te slaan tussen twee culturen. Alle projecten zijn opgezet door Oegandezen en door het werken met vrijwilligers worden twee culturen bij elkaar gebracht waar kennis kan worden gedeeld en waar de vrijwilligers een helpende hand kunnen bieden. Soms komen vrijwilligers met hele leuke ideeen, bijvoorbeeld een plantage voor gehandicapten. Veel gehandicapten zitten maar thuis en worden niet als volwaardig aangezien. De vrijwilligers hebben het voor elkaar gekregen dat ze een stuk land kregen en daar wordt nu eten op verbouwd met en door gehandicapten, fantastisch.
Ook worden er tripjes geregeld om olifanten en leeuwen te zien. Jeroen, de regiocoordinator (hij is hier gestationeerd voor twee jaar) coordineert de boel hier en zorgt ervoor dat de vrijwilligers begeleid worden. Ik probeer hem weer een beetje te helpen en ben blij dat er iemand in de buurt is die voor een langere tijd blijft. Dan bouw je toch meer op en ga je het zelfs over onzin dingetjes hebben, heerlijk. Het is erg leuk om de vrijwilligers te ontmoeten maar ze gaan altijd weer weg dus kan ik er niet teveel mee opbouwen. En ik vind het leuk om mijn steentje bij te dragen voor Be More want er is al heel veel gebeurd in de anderhalf jaar dat ze hier zitten. Schooltjes worden gebouwd, communityprojecten uitgebreid, kippenprojecten opgezet en ga zo maar door en dat alleen door samenwerking en doorzettingsvermogen. Als iemand op zoek is naar een organisatie om vrijwilligerswerk te gaan doen dan raad ik Be More zeker aan… ze hebben ook projecten in Malawi en Zuid Afrika maar Oeganda is toch het leukst…
Half februari (oh wat lang geleden) werd ik aangesproken in Kyotera door een man die hulp vroeg voor een moeder en dochter. Ze waren allebei ondervoedt en hadden dringend hulp nodig. Ik had mijn handen al vol aan alle kids thuis en had eigenlijk geen zin in een nieuw probleemgeval maar toch maar even gaan kijken. Alle goden wat was het een triest gezicht. Een moedertje van 16 en een kind van een jaar die allebei vel over been waren. Het kind kon niet eens meer huilen en eten omdat het zo uitgehongerd was. Wat een schrijnende situatie. Ik wist dat ik ze zo niet mee naar huis kon nemen, ze hadden professionele hulp nodig en moesten aan het infuus voor uitdroging. Van alles aangeschaft (beddengoed, deken, kleding, teiltje, thermosfles, zeep en de hele rattaplan, want je krijgt niets in het ziekenhuis) voordat we naar een speciaal ziekenhuis gingen in Masaka voor ondervoedde kinderen. Daar werden ze opgenomen en elke week ging ik op bezoek. Moeder (Resty) was er slecht aan toe en haar dochter (Betty) nog erger. Langzaam aan ging het wat beter en na 6 weken werden ze ontslagen uit het ziekenhuis, dus moeder en dochter mee naar huis genomen. Dat was een zware periode. De moeder gaf niets om het kind en had ook geen interesse in het kind. Ze ging gewoon zelf slapen en het kind schreeuwde om aandacht en liefde. Elke keer weer gepraat met Resty, het is tenslotte haar kind en ik snap dat het niet makkelijk is, maar ik heb mijn handen vol aan de andere kinderen. Nu zijn ze al bijna een jaar bij ons en langzaam aan gaat het beter, maar nog is er weinig liefde voor het kind en ze heeft het zo hard nodig. Resty helpt met de huishoudelijke dingen en pikt snel het Engels spreken op. Het is een pittige tienermoeder maar ik kan ook wel met haar lachen. Soms ben ik het zat dan heeft ze van die dagen dat het lijkt of Betty niet voor haar bestaat. Ook qua hygiene is ze niet de schoonste en zo’n kind is om het minste geringste ziek en wij daardoor ook. Ze is ook in haar puberteit en nog zo jong ik wil het haar ook niet de hele tijd kwalijk nemen.
Maar die ongeinteresseerde houding komt me soms mijn strot uit. Dan schreeuw ik tegen haar en ben ik snel boos. Dat is ook niet leuk en dan kom je in een negatieve spiraal terecht, dus weer even een gesprekje om haar erop te wijzen dat ze een verantwoordelijkheid heeft en ik niet de hele tijd op Betty kan letten. Het kost me veel energie maar uiteindelijk weet ik dat het goed komt. Resty wil naar de middelbare school en dat is geweldig. Overdag kan ze naar school en passen wij op Betty. Elke maand krijgt ze een klein salaris, de helft doen we in een potje dan sparen alvast voor schoolgeld voor Betty. Betty is een heerlijk knuffeldier, in het begin waren haar billen zo klein dat ze zo door het potje heen zakten, nu is het een lekker dikkertje waarvan de billen nog amper op het potje passen, zo lekker stevig.
Door deze twee dames ben ik extra gedreven om een ziekenhuis voor ondervoedde kinderen op te zetten, het resultaat geeft veel energie en het helpen van deze hulpeloze kinderen geeft veel voldoening.
Naar aanleiding van het Libelle interview heb ik veel reacties van mensen gekregen, erg leuk. Het blijft heel bijzonder om van mensen die je niet kent (en natuurlijk ook van bekenden) een lieve mail te krijgen en dat ze de moeite nemen om je te laten weten dat ze je werk waarderen. Voor mij is dit mijn leven en dus gewoon. Maar ik realiseer me dat het voor velen niet zo gewoon is en dat je waardering krijgt voor je werk. Sommige mensen willen ook graag zo’n stap maken, ik zou zeggen gewoon doen. Allemaal heel erg bedankt voor de reacties, het doet me erg goed.
Dat was het wel weer voor deze keer.
Er zijn nog vele verhalen te schrijven en vele avonturen te beleven……tot snel.
Liefs Kim